Geplaatst op 13 april 2021
'Springlevend bedrijf zoekt nieuwe plek.' Dat zou zo maar de titel kunnen zijn van deze bedrijfsreportage. Het verhaal van RSC De Schimmelkroft van de familie Van Bergenhenegouwen leent zich niet voor een standaard aflevering van onze reportageserie. Het ruim vijftig jaar oude ruitersportcentrum in Heemskerk is springlevend en vol activiteiten, maar tegelijkertijd niet meer op zijn plek op de huidige locatie. Dus, wat nu?
'De locatie is prachtig. Als we twee hectaren weiland erbij hadden, zouden we hier nooit weggaan.’ Vanaf het verhoogde terras attendeert Wim van Bergenhenegouwen met een weids gebaar zijn bezoek op de omgeving. Een blik op het bedrijf vanuit dit zichtpunt maakt een en ander duidelijk. We zien de grote buitenbaan recht voor ons en aan de rechterkant de tweede binnenhal, met daarvoor twee longeerringen. Alles ligt er strak bij en ziet er picobello uit.
Tegelijkertijd wordt RSC De Schimmelkroft omringd door een diversiteit aan bebouwing. Rechts, strak tegen het terrein van de manege, bevindt zich een basisschool en in de lange hal aan de linkerkant van het bedrijf blijkt onder meer een filiaal van fitnessketen Basic Fit te zijn ondergebracht. De achterzijde van het perceel wordt begrensd door een rij uit de kluiten gewassen bomen. Ze laten het geheel nog enigszins groen ogen op het terrein en onttrekken tegelijkertijd de aldaar gelegen woonwijk aan het zicht. Van Bergenhenegouwen laat weten dat we vanaf hier uitkijken op de eigenlijke voorkant van het bedrijf, nu geheel omgeven door de woonwijk. ‘Toen mijn vrouw Linda en ik in 1994 kwamen, viel me direct op dat je aan de oorspronkelijke achterkant van het bedrijf binnenkomt. Ik wilde op den duur die voorkant weer tot uiting laten komen en dat hebben we opgelost met de bouw van dit terras, het kantoor hieronder en de tweede rijhal. Voorheen lagen hier recht voor ons en aan de kant van deze rijhal weilanden. In de jaren negentig is de situatie gewijzigd door grootschalige woningbouw. De Schimmelkroft raakte ingebouwd. De oude situatie was nu voor het bedrijf perfect geweest.’
GEPRIVATISEERD
De 64-jarige Van Bergenhenegouwen toont zich een bevlogen ondernemer. Het bedrijf is de passie van hem en Linda en vol trots praat hij over de historie van De Schimmelkroft, die teruggaat tot 1969. ‘De manege is altijd in handen geweest van een stichting, geleid door goedwillende bestuurders. Op den duur bleek het te lastig voor de stichting om met allerlei vrijwilligers een manege te runnen. Zelf zat ik met een compagnon op een bedrijf in Santpoort. We werkten al zeventien jaar samen, maar de synergie was minder dan twee geworden. We zijn op tijd uit elkaar gegaan. Ik kende een van de bestuursleden van de voormalige stichting en heb samen met mijn echtgenote dit bedrijf overgenomen. Eind ’94 is de boel geprivatiseerd en zijn we ermee verdergegaan,’ aldus Wim, die er direct een vraag aan toevoegt. ‘Weet je eigenlijk waarom het hier De Schimmelkroft heet? We zitten hier op een hoger gelegen stuk land. Het ligt negen meter boven de zeespiegel en dat is bijzonder in dit deel van Nederland. Vroeger werd hier jongvee gehouden. Dat aardde goed, want kreeg geen natte voeten. Zo’n hoger gelegen stuk grond waar jongvee op werd gehouden, werd een kroft genoemd. Daarnaast stond de streek vanwege het nabij gelegen Kasteel Marquette hoger in aanzien. Een schimmel stond als paard destijds ook hoog in aanzien en zo is de naam ontstaan.’
VRIJWILLIGERS
Als we een rondje door het originele manegegebouw uit 1969 maken, zetten historische sferen zich visueel voort. De gedateerde maar goed onderhouden foyer ademt nostalgie en hetzelfde geldt voor de binnenhal en de aangrenzende stallen. Van Bergenhenegouwen: ‘Voor die tijd is dit een heel mooi neergezet bedrijf. Toen we hier kwamen, moest wel het nodige worden opgeknapt. De oude setting hebben we intact gelaten en dat geeft nu die bijzondere sfeer. We hebben later aanpassingen gedaan om rijden voor junioren en senioren met een beperking mogelijk te maken. Dat loopt via de hier ondergebrachte Stichting Paardrijden voor Gehandicapten ‘In het zadel’ en vormt een pareltje van ons bedrijf. Ik heb goed contact met het bestuur, ben zelf instructeur voor de stichting en gezamenlijk proberen we dat met de vrijwilligers allemaal zo goed mogelijk te doen.’
Leunen op vrijwilligers is nog zo’n aspect dat de tand des tijds heeft doorstaan op dit bedrijf. ‘De goede dingen moet je altijd zien te behouden,’ aldus de ondernemer. ‘We hebben veel jeugd die meehelpt en samen met de mensen van de stichting wel honderd vrijwilligers in totaal. De kinderen doen mee met vergaderingen en mogen voor het werk dat ze doen extra rijden. We hebben mede daardoor goed rijdende jeugd en uit dat opleidingssysteem komen weer mensen voort die passie voor dit bedrijf hebben.’
VOORTSCHRIJDEND INZICHT
We vervolgen de rondleiding, lopen door de gang onder de foyer, langs diverse stallen en snuiven de leerlucht op in de zadelkamers. Wim laat zijn bezoek zien dat ieder manegepaard en iedere manegepony - waarvan er altijd tussen de 35 en 40 aanwezig zijn - een eigen, goed passend zadel heeft. We worden bijgepraat over de variëteit aan activiteiten en concepten op De Schimmelkroft, met leasen van pony’s als een van de nieuwste mogelijkheden, en komen dan uit op de plek waar vroeger de pony’s in stands stonden. Die stands zijn in 2006 vervangen door boxen en maakten de huidige vijfsterrenstatus van dit FNRS-bedrijf mogelijk. Veel stallen zijn voorzien van met rubber beklede wanden, het goudkleurige stro zorgt voor de gewenste bodembedekking en onderling contact tussen de paarden is goed mogelijk, waarmee aan de sociale behoefte wordt voldaan.
Voortschrijdend inzicht in welzijn leidt er echter toe dat de situatie op De Schimmelkroft niet meer van deze tijd is. Van Bergenhenegouwen: ‘Doordat we ingebouwd raakten, konden de paarden niet meer naar buiten. In de beginperiode hebben we dat niet gemist. Het accent lag op rijden, gebruik, training en uiteraard goede verzorging van de paarden. Destijds was het heel gewoon dat paarden op stal stonden. Dat inzicht veranderde door het overleg tussen de Sectorraad Paarden met staatsecretaris Bleker. De Gids voor Goede Praktijken deed in 2011 zijn intrede. De rijksoverheid ondersteunt die en ook wij willen hier maar al te graag aan voldoen.’
Door creatief te zijn, probeert Van Bergenhenegouwen zijn paarden en pony’s zo veel mogelijk hun vrije beweging te geven. De coronatijd heeft hier wonderwel in positieve zin aan bijgedragen. ‘We zijn tijdens de periode van de lockdown de buitenbaan gaan gebruiken, die we normaal alleen voor het rijden hebben,’ verklaart Wim. ‘We hebben alle paarden en pony’s ingedeeld in groepjes en dat doen we nog altijd. Daarnaast gaan de manegepaarden twee keer per week naar de paddock en dus vier keer per week naar buiten. Dat is echt het maximum dat we kunnen doen. Het is een heel geregel, maar ik vind het vanuit welzijnsoogpunt belangrijk. Ook de communicatie vanuit de KNHS en FNRS maakt duidelijk hoe belangrijk dit is. Of het voldoende is om die vijf sterren te behouden, is weer een ander verhaal. We doen er alvast alles aan.’
Dat een dergelijk ingebouwd bedrijf met zo veel paarden hier niet op zijn plaats is, komt indirect naar voren uit de door de Raad van State toegestane uitzondering op ruimtelijke ordening. Waar een bedrijf dat dieren houdt normaal op minimaal 100 meter van huizen af moet zitten in overeenstemming met de milieuwetgeving, wordt op deze locatie 25 meter toegestaan, zo laat Van Bergenhenegouwen weten.
STIFKSTOFBELEID
Als we aan de voorkant - dus de originele achterkant - van De Schimmelkroft staan, blijkt de situatie nog extremer te zijn. Slechts de vrij drukke doorgaande weg, waaraan de zogenaamde Sportboulevard van Heemskerk ligt, scheidt de manege van een twee hectaren groot bos. Juist dit stuk natuur valt onder de hoogste beschermingsnorm binnen de Wet ammoniak en veehouderij, aldus de manegehouder. ‘Dit is een voor verzuring gevoelig gebied. Daar moeten we conform de huidige norm 250 meter vandaan zitten. Mijn mesthoop ligt er ongeveer 20 meter vandaan, zoals je ziet. De basisschool zit op ongeveer 30 meter afstand en de Basic Fit ook op 20 meter. Is dit alles in het kader van ruimtelijke ordening wenselijk? Alleen al met oog op het stikstofbeleid van de overheid zou je dit bedrijf willen verplaatsen.’
Sinds 2010, toen meer en meer benadrukt werd dat vrije beweging een basisbehoefte voor paarden is, heeft Van Bergenhenegouwen het vizier op verplaatsing van zijn bedrijf staan. Een geschikte locatie werd iets verderop gevonden aan de Oosterweg. Jarenlang lag hier 4,5 hectare lonkend te wachten. Van een verhuizing kwam het echter niet.
‘KLEM DOOR DE PROVINCIE’
Het gesprek verplaatst zich naar het kantoor. Een enorme hoeveelheid ordners staat in deze ruimte symbool voor de lengte en intensiteit van de strijd die wordt gevoerd om een verplaatsing voor elkaar te krijgen. De ondernemer toont zich bijna een specialist op het gebied van ruimtelijke ordening en milieuwetgeving. Een milieueffectrapportage, de Wet ammoniak en veehouderij, de Wet Stad en Milieu, een omgevingsvergunning, een beeldkwaliteitsplan… Dit alles en meer passeert de revue als de lange route wordt beschreven die werd afgelegd om de vereiste, zware natuurbeschermingswetvergunning van de provincie Noord-Holland te verkrijgen voor de gedroomde locatie aan de Oosterweg. Daarmee sprong ook voor de gemeente in april 2018 het licht op groen. Vervolgens gooide dezelfde provincie op de valreep roet in het eten, aldus Van Bergenhenegouwen.
‘In 2018 heeft de provincie een verordening ingevoerd die mij helemaal klem heeft gezet,' vervolgt hij. 'In de provinciale verordening staat feitelijk dat een ruitersportcentrum als dit als verstedelijking wordt gezien en daarom niet thuishoort in het buitengebied. De provincie staat er ook niet voor open om een uitzondering te maken, benadert ons puur als een sportfaciliteit en gaat voorbij aan het dierwelzijn. We worden over één kam geschoren met de buren op de sportboulevard.’ Een paard als tennisracket? ‘Zo worden we beoordeeld,’ antwoordt Wim bevestigend. Ondertussen gloort er wat hoop. De mogelijkheden op een andere locatie, vallend onder stedelijk gebied, worden geïnventariseerd met de gemeente. Van Bergenhenegouwen: ‘We moeten door en dit bedrijf voor de toekomst veiligstellen. Gelukkig ervaren we veel steun van onze klanten en hebben onze medewerkers, ondanks deze situatie, vertrouwen in die toekomst. Daardoor kunnen ook wij het volhouden. Wel vraag ik me af waar de olie blijft om de ambtelijke machinerie te laten lopen. Wij staan voor dierwelzijn. De gemeente gaat daarin mee, maar de provincie helaas niet.’
In 2019 zette de Raad van State een streep door het Programma Aanpak Stikstof (PAS) van de overheid. Hierdoor ontstonden beduidend minder compensatiemogelijkheden voor bedrijven aangaande de stikstofuitstoot. Ook bedrijven in de paardensector worden hierdoor geraakt. Volgens Peter van de Pasch onderschatten veel ondernemers de gevolgen van de nieuwe stikstofwetgeving. De adviseur paardenhouderij bij JL-Agro zegt: ‘Net zoals voor andere landbouwhuisdieren, zijn voor paarden ammoniakemissiefactoren vastgesteld. Als de ammoniakuitstoot, dus uitstoot van stikstof, van de paarden effect heeft op een Natura2000-gebied moet een vergunning in het kader van de Wet natuurbescherming aangevraagd worden. Heeft een ondernemer al een natuurbeschermingswetvergunning of een PAS-melding, dan hoeven mogelijk geen verdere stappen te worden genomen als de dieraantallen en stalsystemen op het bedrijf geheel of grotendeels overeenkomen met deze vergunning of melding. Belangrijk is dat de ondernemer kan aantonen hoeveel paarden gemiddeld op het bedrijf aanwezig waren om zo dierrechten te claimen. De RVO-gegevens van de mestvoorraad en de gecombineerde opgaven kunnen hiervoor dienen.’
Wim van Bergenhenegouwen benadrukt veel tijd te steken in de opleiding van en communicatie met de paarden. Hij zegt: ‘Wij zien het zo dat onze klanten onze manegepaarden aan het opleiden zijn. Als je het lesgeven niet samen laat gaan met het opleiden, dan kun je je paard wel goed verzorgen, maar blijft de training achter als belangrijk onderdeel van zijn gezondheid. De training die wij geven, is conform het opleidingssysteem van de KNHS. Ik heb inmiddels drie instructeurs die een opleiding volgen bij de KNHS. Het goed opleiden van je instructeurs is zo belangrijk. Wij ondersteunen dat. Daar hangt een prijsplaatje aan, maar we gaan voor kwaliteit. Dat moet je blijven leveren. Uiteindelijk kiezen mensen daarvoor.’
Beeld Nikki de Kerf
Dit artikel verscheen eerder in Paard&Sport najaar 2020. Paard&Sport is het officiële ledenmagazine van de KNHS voor alle leden vanaf 13 jaar en onderdeel van het KNHS-lidmaatschap. Meer informatie vind je hier.
©KNHS 2021, overname is niet toegestaan