De opleiding voor het Ruiterbewijs mag gegeven worden door gediplomeerde instructeurs. De opleiding heeft een standaard opzet als leidraad, maar als organisatie kun je hier natuurlijk je eigen invulling aan geven. Zo kun je de opleiding in een weekend aanbieden of juist verspreid over meerdere dagen of weken. Het is ook mogelijk om voor ervaren ruiters alleen een examen aan te bieden.
Wat leren de kandidaten?
In de praktijklessen oefenen de kandidaten hun vaardigheden en leren ze meer over paardenverzorging, de omgang met het paard (horsemanship), het rijden in de baan, springen en het onder controle houden van het paard in een obstakeltraining. Buitenrijden en verantwoord deelnemen aan het verkeer zijn essentiële onderdelen van het Ruiterbewijs. De opleiding wordt afgesloten met een examen. Voor de opleiding Ruiterbewijs dienen de kandidaten het handboek ‘Haal je Ruiterbewijs met plezier’ en het handboek ‘Paard&Welzijn’ of ‘Leer paardrijden met plezier – Brons’, versie 2016 of later, aan te schaffen.
Het examen
De opleiding wordt afgesloten met een theorie- en een praktijkexamen. Ruiters die al meer ervaring hebben kunnen zich direct inschrijven voor het examen zonder de opleiding te volgen, maar wel na overleg met degene die het examen organiseert.
Boeken en handleiding
Naast de genoemde boeken voor de kandidaten is er een handleiding voor het organiseren van de opleiding. Download via Mijn KNHS de instructeurshandleiding