Springen Artikel 229 - Tijdopname

 

  1. De tijdopname bij iedere rubriek van een wedstrijd moet volgens hetzelfde systeem of door middel van dezelfde tijdopnameapparatuur worden gedaan. Degene die de installatie bedient dient het startnummer van het paard en diens tijd, benodigd voor het afleggen van het parcours, te registreren. De tijd moet gemeten worden met honderdsten van seconden. 
  2. Het gebruik van een elektronische tijdopname-installatie is verplicht bij alle springwedstrijden met een
    rubriek 1.40 en/of hoger en bij Kampioenschappen. Voor alle overige wedstrijden wordt elektronische tijdwaarneming sterk aanbevolen. 
  3. Er dienen drie stopwatches beschikbaar te zijn, die gestopt en opnieuw gestart kunnen worden zonder dat de tijd naar 0 terug springt. Twee digitale stopwatches zijn nodig voor het geval de automatische tijdopnameapparatuur defect raakt en één stopwatch om de tijd op te nemen die wordt gebruikt om te starten nadat de bel is gegaan, voor ongehoorzaamheden, onderbrekingen, de tijd benodigd tussen twee opeenvolgende hindernissen en de tijdslimiet bij verzet. De voorzitter van de jury of een lid van de jury dient over een digitale stopwatch te beschikken. 
  4. Bij iedere wedstrijd waar de tijd met behulp van stopwatches wordt opgenomen, moet de tijd in seconden en honderdsten van seconden worden geregistreerd. Indien er twee tijdopnemers zijn, dan wordt slechts de tijd van één van hen gebruikt en wordt de andere als reserve gebruikt. 
  5. Wanneer de automatische tijdopnameapparatuur defect raakt, dan moet de tijd van een deelnemer waarbij de apparatuur niet functioneert, met behulp van een stopwatch in honderdsten van seconden worden opgenomen. Een video opname kan nooit gebruikt worden om de tijd van een deelnemer vast te stellen. 
  6. Als het passeren van de start- en/of finishlijn door de deelnemer niet duidelijk vanaf de plaats van de jury kan worden beoordeeld, dan moeten hierbij één of twee personen met een vlag worden geplaatst, één bij de start en één bij de finish, zodat zij het passeren van start en finish door de deelnemer kunnen aangeven. De tijd die de deelnemer nodig heeft om het parcours af te leggen moet dan vanaf de plaats van de jury worden opgenomen.