Beginnen met springwedstrijden

Instappen in de springsport

Op wedstrijden kun je dus al kennismaken met de springsport vanaf de klasse 0.30 en op een leuke, ongedwongen manier meer ervaring opdoen. 

In onderstaande tabel zie je welke klassen/tussenhoogtes (lichte achtergrond) op een wedstrijd kunnen worden uitgeschreven. 

Klik op de afbeelding om deze op groter formaat weer te geven

In alle klassen waarin één * staat afgebeeld hoef je niet te promoveren en mag je dus zo vaak (blijven) meedoen als je wilt. Hierbij is wel de regel van toepassing dat je als combinatie geregistreerd mag staan in twee naast elkaar liggende klassen. De gemeenschappelijk hoogste klasse en een klasse lager conform art. 253 van het wedstrijdreglement springen.

Vb.:
Ruiter heeft nog geen stand en paard heeft nog geen stand dan mag de combinatie conform de inschalingstabel (*) instappen in de klasse 0.30 t/m 1.00. Een combinatie mag daarbij geregistreerd staan in twee naast gelegen klassen. Als een combinatie ervoor kiest om in te stappen in het 0.30 dan mag de combinatie doormiddel van een tussenstap(pen) of in één keer doorstromen naar de 1.00. Hierbij blijft steeds overeind dat een combinatie in twee naast gelegen klassen geregistreerd mag staan. Zodra de combinatie ervoor kiest om bijvoorbeeld in de klasse 1.00 te gaan starten dan mag deze combinatie enkel nog in de 0.90 en 1.00 deelnemen voor het klassement en de prijzen. Starten in een lagere klasse is dan enkel mogelijk HC.

 (*) Inschalingstabel

Springen Paarden

Om mee te kunnen doen aan springwedstrijden heb je een startpas nodig.

Wil je weten waar en wanneer er springwedstrijden zijn? Kijk dan in de KNHS-wedstrijdkalender en kies de discipline Springen.

Rijstijlrubrieken

Bij het springen zijn meerdere wedstrijdvormen en parcoursen. In de klassen t/m 0.60 Cat A/B en t/m 0.70 Cat C/D/E voor pony’s en t/m 1.05 voor paarden wordt het eerste parcours altijd verreden volgens art. 280 – Rijstijlwedstrijden. Indien een wedstrijdorganisatie een tweede parcours wil laten verrijden dan is de parcourssoort voor het tweede parcours vrij, maar alleen voor winstpunten als deze volgens art. 280 – Rijstijlwedstrijden wordt verreden. Je wordt dan beoordeeld volgens een rijstijlprotocol, dat je als PDF kunt downloaden. Bondscoach Rob Ehrens geeft in deze video uitleg over de beoordeling van rijstijlwedstrijden: